BURST/BRECHT – Combineer een energieke jonge snaak met een bedachtzame, wijze trainer, en je krijgt vonken. Vonken die JC Brecht voortstuwen richting een nieuwe weg. De club groeide op korte tijd exponentieel, en zet volop in op vernieuwing. Ze is pilootclub voor het meerjarenontwikkelingsplan (MJOP) en haar gepassioneerde trainers volgen de vernieuwde cursussen Start 2 Coach, Initiator en Instructeur.
“Een tijdje terug volgde ik de cursus initiator, toen nog in de overgang van oude naar vernieuwde versie,” vertelt Anouk Hoybergs (23 jaar, bestuurder, trainer U9 tot U13, en leerkracht lager onderwijs). “Dat smaakte naar meer. Ik heb Bea overtuigd om samen de cursus instructeur te volgen, maar dat was niet eenvoudig.”
“Vooral omdat het praktisch zo’n ingewikkelde puzzel was,” voegt Bea Van Tichelt (43 jaar, voorzitter, trainer U7 tot U13, opvoedster en zus van Olympisch medaillewinnaar Dirk Van Tichelt) eraan toe. “De opleidingen gaan door op zaterdag, maar ik werk in het weekend. Een half jaar lang moest ik verlof nemen of wisselen met een collega. Ook mijn sociaal leven leed eronder, ik moest geregeld feestjes afslaan en judowedstrijden van mijn kinderen missen. Bovendien is Zemst een uur rijden, zonder file. En je moet de opleiding niet enkel met je werk zien te combineren, maar ook met je gezin, je eigen trainingen, studeren, stages …”
“Al heb ik de cursus instructeur altijd willen doen,” zegt Bea Van Tichelt. “Immers, ik vond dat er in onze club te weinig kennis was om judoka’s op te leiden voor zwarte gordel. De ‘Dag van de Trainer’ was een belangrijke voorzet. Een aantal delen van de cursus werden er uitgelicht, zoals nieuwe leermethodes. Inhoudelijk en technisch was het heel interessant. Echter, de tijdsinvestering weegt wel door.”
Brok informatie
“Tegelijk heb je die tijd wel nodig,” vindt Anouk Hoybergs. “Aangezien het toch wel een brok informatie betreft. De lesgevers hebben dat trouwens heel knap gedaan, want een judoka vier uur lang bezighouden met iets technisch lijkt me niet zo eenvoudig. Om deze opleiding te volgen, heb je een goede studiehouding nodig. Het praktijkexamen zal wel lukken voor wie met judo bezig is, maar de theorie is best pittig. Daar maak ik me wel de bedenking bij hoe toegankelijk dit is voor mensen die niet verder studeerden, of die al lang niet meer gestudeerd hebben. Want het is niet omdat je goed kan studeren dat je daarom een goede trainer bent, of omgekeerd.”
“Ik heb al heel lang niet meer gestudeerd, dus het was niet gemakkelijk voor mij,” beaamt Bea Van Tichelt. “Bovendien miste ik de basis van de vernieuwde cursus Initiator, terwijl de lesgevers daar wel vanuit gingen. Daardoor viel ik bij bepaalde stukken uit de lucht.”
“We hebben dan wel toegang gekregen tot de digitale versie van de initiatorcursus, zodat we deze informatie thuis konden bekijken,” stelt Anouk Hoybergs.
“Heel leuk was dat tijdens iedere les een cursist een stukje judotraining moest geven,” gaat Anouk Hoybergs verder. Bea Van Tichelt knikt instemmend terwijl Anouk vertelt: “Schakels en overnames van een worp bijvoorbeeld, of spelvormen, of een kampvorm. Iedere cursist komt op de mat met een andere stijl, een andere aanpak, andere ideeën. Dat werkt enorm inspirerend, waardoor je veel bijleert.” Bea Van Tichelt vult aan: “Als je zoals ik al zo lang training geeft, geraak je op de duur wat vastgeroest in een routine. Om dan nieuwe manieren van lesgeven te leren en je te laten inspireren door anderen, dat is erg verrijkend. Niet alleen op vlak van technieken, maar bijvoorbeeld ook nieuwe spelvormen of hoe je een opwarming anders kan aanpakken.”
Leerstof meteen toepassen op de mat
“Wat we tijdens de les leerden, konden we meteen toepassen in onze eigen trainingen,” zegt Anouk Hoybergs. “Dan voelde je meteen: oh, dit is leuk, of: oei, dit werkt minder. Zodat we de week erna meteen feedback konden vragen. Dat gaf echt voldoening. De kinderen reageerden meteen positief op die nieuwe spelvormen, kampvormen en oefenvormen. Zo leerden we tijdens de cursus een nieuwe manier om seoi-nage aan te leren, met een sterke nadruk op de buigstrekbeweging van de benen.”
Liever papier
Over de digitalisering van de leerpaden zijn beide dames niet eenzijdig positief. “Ik zie nog altijd de meerwaarde van een papieren cursus,” stelt Anouk Hoybergs. “Echt gezond is het niet om van een scherm te leren, ik denk ook niet dat veel mensen dat kunnen.”
Anouk Hoybergs vertelt verder, terwijl ook hier Bea Van Tichelt goedkeurend mee knikt: “Onze kinderen deden op zich wel een seoi-nage die ermee door kon, maar we bleven maar herhalen om de benen te buigen. Uit zichzelf deden ze dat niet. Dus hebben we een aantal weken concrete en leuke oefeningen gedaan met potjes en balletjes, om dat buigen en strekken functioneler te maken. Daarna heeft een aspirant-trainer onze mattenzaal ingericht als een schaakveld. De judoka’s moesten elkaar uit het vierkant duwen, waarbij hun partner ging tegentrekken. Vanuit dat onevenwicht konden ze een seoi-nage doen. Wat we toen zagen, was ongelooflijk. Ineens zakte iedere judoka door hun benen! Ook de andere trainers in de club vonden dat meteen tof.“
Bea Van Tichelt: “De testjes aan het einde van elke module zijn wel nuttig om te checken of je de leerstof kent en begrijpt. Ook de filmpjes zijn handig en bruikbaar.” Anouk Hoybergs vult aan: “De online leerpaden zijn netjes en duidelijk opgebouwd, maar een papieren cursus met een QR-code per filmpje zou misschien handiger zijn. Die kan je makkelijk en snel met je gsm scannen, waardoor je de cursus achteraf meer gaat gebruiken, volgens mij.”
Recent maakte Judo Vlaanderen van elk leerpad een weergave in pdf, die je kan afdrukken.
Start 2 Coach
JC Brecht haalde ook de opleiding ‘Start 2 Coach’ naar hun dojo. Judoka’s vanaf bruine gordel kunnen zich hiervoor inschrijven vanaf het jaar dat ze 15 worden. “We zetten erg in op jong trainerschap,” geeft Bea Van Tichelt aan. “Het stimuleert het clubgevoel, en de band tussen judoka’s onderling. Voor de training start, staan die jonge judoka’s al mee op de mat, hangen de kinderen rond hen, worden ze in het rond gezwierd of wordt er met de bal gespeeld. Heel leuk om te zien.”
Anouk Hoybergs vult aan: “Als pubers voelen dat we hen nodig hebben, motiveert hen dat. Het is voor hen ook een manier om verbonden te blijven met de club. Zelf heb ik ook vanaf jonge leeftijd turnles en judotraining gegeven. Die betrokkenheid en verbondenheid maken dat je trainer blijft.”
“Ook de kinderen zelf vinden het fijn, want die pubers zitten nog dicht bij hun leefwereld, maar tegelijk kijken ze er erg naar op,” gaat Anouk Hoybergs verder. “Ze reageren meteen enthousiast wanneer zo’n jonge trainer mee op de mat staat. Bovendien wordt trainer worden geen ver-van-hun-bed-show, maar iets wat ze over vier of vijf jaar ook zelf kunnen doen. Trainer worden wordt dus iets heel toegankelijk.”
Pilootclub
Om verder te evolueren als club, werd JC Brecht ook pilootclub binnen het meerjarenontwikkelingsplan (MJOP) van Judo Vlaanderen. “Het was makkelijk hé,” geeft Bea Van Tichelt toe. “We hadden ons programma dat je iedere week uitvoerde, ons boekje dat iedere judoka meekrijgt en dat je maar uit de kast te halen hebt en te kopiëren, onze eigen filmpjes die we iedere keer konden hergebruiken. Nu moeten we alles updaten, trainingen weer extra voorbereiden. Een hele kluif. We kunnen niet alles tegelijk doen, dus ik geef toe dat het er momenteel wat chaotisch aan toe gaat.”
“Bea en ik waren snel overtuigd van het MJOP,” stelt Anouk. “Ik ben de jonge snaak die geen graten ziet in verandering, maar andere trainers stelden terecht kritische bedenkingen. Wat ik helemaal snap, want het gaat tenslotte om de toekomst van onze club. Daar zijn enkele vergaderingen en discussies aan te pas gekomen. Maar ik denk dat we nu op een mooie gulden middenweg zitten tussen hoe het was en wat Judo Vlaanderen als leidraad meegeeft.”
“Weet je wat echt luxe zou zijn?,” stelt Anouk Hoybergs voor. “Dat je, zoals in het lager onderwijs, een leerplancoach hebt per regio. Iemand die zich verdiept in het MJOP, die alle bijscholingen volgt, die overlegmomenten tussen clubs organiseert, die mee ideeën helpt uitwisselen en feedback geeft, en daarvoor een vergoeding krijgt … Dat zou het toegankelijker maken. Je voelt dat het verhaal klopt. De opleiding pilootclub, initiator en instructeur zitten duidelijk op dezelfde lijn. Mijn vriend volgde de opleiding pilootclub, en wanneer ik thuiskwam na een dag instructeursopleiding, was hij meteen mee als ik iets vertelde. Door de cursus instructeur sta ik nu met een pak meer bagage op de mat. Niet alleen voor mijzelf, maar ook voor de club. We zagen dingen bevestigd die we al goed deden, maar ook wat beter kan.”
Gaf dit artikel zin om ook een trainersopleiding te volgen? Check alvast het aanbod aan trainersopleidingen: VTS-opleidingen 2024: Start 5 februari! – Judo Vlaanderen